Jeroen Kok

‘Er is niets mooiers dan mensen vermaken’

18 min read

Voor deze rubriek interview ik wekelijks jong, aanstormend talent. Zanger Jeroen Kok (21) – bekend als JACK – stond afgelopen jaar in de halve finale van de Grote Prijs van Nederland en bracht in januari de videoclip Bang Bang uit. Dit jaar verschijnt zijn eerste single onder het muzieklabel Superba Music. Tijd voor een gesprek met de gepassioneerde zanger.

Wilde je altijd al zanger worden?
“Nou, vanaf mijn zesde ben ik begonnen met drummen en had ik altijd voor ogen om drummer te worden. Op mijn dertiende ben ik een bandje gaan vormen op school: Nobody, waarin ik in eerste instantie de drummer was, alleen konden we geen zanger vinden. Ik had weleens achter de computer wat liedjes meegezongen via lyricvideo’s en kon aardig toon houden. Dat waren vooral liedjes van Anouk, Blӧf en Queen. Ik denk dat ik het daar een beetje van heb geleerd. Daar kwam bij dat ik een groot fan was – en nog steeds ben – van Phil Collins, die drumt en zingt tegelijk. Ik was daardoor geïnspireerd en dacht: ik kan ook de zanger en drummer tegelijk zijn. Dat ben ik gaan doen. Na een jaartje wilde ik het liefst toch alleen zingen, voorop het podium staan en niet vast achter een drumstel zitten, zodat ik de mensen kon vermaken en entertainen. Het was al vrij snel duidelijk dat ik daar in door wilde gaan. Vanaf mijn veertiende begon ik met het schrijven van eigen muziek met het doel om uiteindelijk als zanger die muziek aan heel veel mensen te laten horen.”

Had je ook optredens met die band?
“Ja, we hebben gelijk de eerste dag dat het bandje bestond meegedaan aan de talentenjacht: het Beste van Wageningen. Daarvoor hebben we een aantal optredens mogen doen en zo is het een beetje gaan rollen. Op school traden we in de pauzes vaak op in de aula en op openavonden. Dat bandje heeft verschillende samenstellingen gehad en is gevormd naar HOLLADAY. Daarmee heb ik meegedaan aan de Kunstbende. We werden de winnaar van Gelderland en zijn in de landelijke finale gekomen. Daar hebben we een hoop optredens aan overgehouden en ik heb solo een aantal mooie dingen mogen doen, bijvoorbeeld optredens in de omgeving. Ik ben in verschillende samenstellingen altijd veel bezig geweest met optreden. Het heeft altijd in mij gezeten om mensen te vermaken. Dat was naast muziek ook met toneelstukjes opvoeren. Ik ging daar op de middelbare school serieus mee aan de slag. Op de basisschool was het vooral om klasgenoten te vermaken.”

Waardoor heb je er uiteindelijk voor gekozen om als zanger verder te gaan en niet als drummer?
“Naast het zingen ligt mijn kracht bij het entertainen van mensen. Achter je drumstel kan je weinig contact maken met het publiek. Met zingen kun je overal waar je wilt heenlopen. Ik wilde vooral het publiek recht in de ogen aankijken. Daar ben ik beter in dan in alleen drummen. Ik schrijf graag zelf mijn eigen muziek. Je kunt alleen de drumpartijen schrijven, maar ik wil het hele nummer schrijven. Overigens schrijf ik nu vaak samen met mijn drummer de drumpartijen, dus ik heb nog steeds van beiden wat, maar de nadruk ligt op het zingen.”

Was het niet tricky om gelijk aan een talentenjacht mee te doen?
“Zeker wel! Op school zag ik met mijn beste vriend (hij is nog steeds mijn gitarist) een poster voor de talentenjacht. We wilden een band oprichten om mee te doen met vrienden die allemaal een instrument konden bespelen: een drummer, bassist, pianist en gitaristen. Die hebben we bij elkaar verzameld. Maar jongens hebben een slechte planning en pas op de dag van de voorronde konden we ’s middags voor het eerst repeteren. In vijf uurtjes studeerden we Money For Nothing van de Dire Straits in. ’s avonds hadden we gelijk ons eerste optreden. Vraag me niet hoe, maar we zijn doorgegaan naar de kwartfinale. Ik denk dat we vooral heel aandoenlijk waren, omdat we als eersteklassers ons best stonden te doen. De andere deelnemers waren zeker tien jaar ouder. Elke keer mochten we door en we kwamen uiteindelijk in de finale terecht en pakten daar de publiekprijs. In de finale was één van de juryleden de bekende gitarist Harry Sacksioni, ook een Wageninger. Hij heeft gezegd dat hij veel potentie in ons zag en dat er weleens wat moois uit kon bloeien.”

Hoe ging het na die talentenjacht verder met dat bandje?
“Na een jaar viel die qua samenstelling uit elkaar, ik was veertien. We bleven met zijn drieën over: ik, mijn gitarist en bassist. We besloten dat ik me alleen op het zingen zou richten. We hadden wel een drummer nodig, die vonden we. We speelden een jaar zonder naam, daarna onder HOLLADAY. Daarmee hebben we onze eigen nummers geschreven, veel covers gespeeld en zoveel mogelijk opgetreden. Met als hoogtepunt de Kunstbende, waar we in de finale zijn gekomen. Nerveus was ik niet. Ik heb meestal gewoon heel veel zin om te beginnen en vind vooral het wachten vervelend. De voorronde was met vijfentwintig deelnemers uit Gelderland. We speelden onze eigen nummers: Merciless Eyes en Sophie Jane. Van elke provincie was er in de finale een winnaar.

Voor de finale schreven we twee gloednieuwe nummers. Die nummers hebben we verder nooit opgenomen en uitgebracht. Dat willen we wel gaan doen, die titels houd ik nog even geheim… Het zijn wel hele vette nummers. We kregen daardoor een optreden op de Uitmarkt in Amsterdam. Daarna zijn we allemaal onze eigen kant opgegaan. We hebben nooit officeel afscheid genomen. Een reünie komt er zeker nog.”

Waar haalde je op je veertiende de inspiratie voor je songteksten vandaan?
“Ik schreef graag fictieve verhalen: nummers die niet per se over mijn situatie gingen maar extremer, bijvoorbeeld over een man die wordt bedrogen door zijn vrouw. Ik had dat nog nooit meegemaakt, maar ik probeerde me altijd in te leven hoe ik zou reageren op zo’n situatie. Ik haalde mijn inspiratie vooral uit relaties met vrienden en familie en de emoties die daarin vrijkomen en veel uit fantasie.”

Hoe is dat nu?
“Heel anders, ik ben een stuk ouder en heb zelf ook meer meegemaakt. Ik haal mijn inspiratie uit persoonlijke situaties, vaak over liefde. Hierin kan ik de meeste emoties leggen en het is herkenbaar. Soms schrijf ik over andere onderwerpen, zoals dingen in de wereld waarvan ik denk dat die niet helemaal goed zitten. Het is nooit gelukt om dat goed onder woorden te brengen.

Ik maak altijd graag verhalen van mijn songteksten, van een begin tot eind met een clue. Nu schrijf ik nog steeds in de verhalende vorm, alleen is het realistischer en kan ik veel dichterbij de emoties komen doordat ik die beter begrijp nu ik ouder ben.”

Wanneer begon je met soloprojecten?
“Ik merkte in HOLLADAY dat ik het ook fijn vond om nummers in mijn eentje te schrijven, want ik had maar vijfentwintig procent inspraak op het uiteindelijke resultaat. Ik wilde de baas zijn over het geheel. Op mijn zestiende ben ik voor mezelf gaan schrijven. Ik speelde toen ongeveer twee jaar piano. Drie jaar schrijven resulteerde in een album met tien nummers: With Her in My Veins. Dat heb ik op mijn negentiende onder eigen beheer uitgebracht onder JACK. Daarvoor heb ik zelf het artwork gedaan: de foto’s gemaakt, het tekstboekje ontworpen, de hele cd.

Toen ik nummers had klaarliggen wilde ik ze opnemen en heb ik een jaar voor de release een band om mij heen verzameld. Dat was met mijn beste vriend en gitarist Rick Bouwmeester, bassist Aäron Bouwman en drummer Dale Smeets. Daarmee heb ik de nummers verder uitgebouwd en ingestudeerd in de studio. Dat is ook de band waarmee ik nu speel. Pianist Naut de Bruin is daarbij gekomen, zodat ik niet tegelijk hoef te zingen en piano spelen.”

Wat zijn de muziekstijlen van het album?
“Dat is heel divers, net als mijn muzieksmaak. Op het album staan soul-, rock-, en funknummers, zoetsappige ballads en het overkoepelde genre is pop. Binnen dat genre probeer ik wel de uitersten op te zoeken. Als je aan pop denkt dan denk je vooral aan voorspelbare commerciële liedjes met heel veel clichés. Nou ben ik gek op clichés als ze goed zijn en stop ik die graag in mijn muziek – daarom klinkt het denk ik ook lekker en komt het uiteindelijk neer op pop – alleen probeer ik wel altijd origineel te zijn en verrassingen te zoeken door niet voor het meest standaard akkoordenschema en vorm van een nummer te gaan, waardoor het onvoorspelbaar en interessant blijft. Ik probeer ook om andere genres naar pop toe te trekken, zodat die toegankelijker zijn.”

Bijvoorbeeld?
“Dat is wel grappig om te vertellen. Mijn drummer en bassist die zijn heel erg van de jazz. Daardoor komen er veel jazzinvloeden in onze muziek. Het genre alternatief zit er ook in. Ik ben gek op de jaren tachtig, daarin had je bands als Genesis. Dat noemde je de psychedelische rock. Die invloeden stop ik er ook weleens in. Het laatste nummer van mijn album begint als een standaard vrolijke melodie met een beluisterbaar ritme, dat helemaal omslaat naar een totaal ander rockgenre en één grote chaos wordt.”

Wat voor nummers staan er op je eerste album?
“Het album is één groot verhaal dat in tien hoofdstukken wordt verteld. Het begint met een man die stapelverliefd wordt op een vrouw. Ze hebben het enorm fijn, alleen hij wil steeds meer van haar en kan niet genoeg van haar krijgen. Als hij merkt dat zij het niet meer kan geven, gaat die het ergens anders zoeken. Dat veroorzaakt grote problemen en mondt zich uit in een grote clash waarin de vrouw het spuugzat is en wraak neemt op de man. Ze neemt hem alles af wat hem dierbaar is. In het laatste nummer wordt duidelijk dat hij deze fout al heel vaak in zijn leven heeft gemaakt en hij weer terug is bij af, met helemaal niets.

Wat grappig is: in het albumboekje staan vier foto’s waarin ik als de man afgebeeld sta en zijn kleren steeds verder uitgaan. Op de laatste foto zie je mijn blote borst met allemaal tattoos van vrouwennamen. Hij is elke keer zo stapelgek op een vrouw dat hij gelijk haar naam laat tatoëren op zijn lichaam. In het hele album zingt hij over her. Op zijn hart is her getatoeëerd, het is nog een beetje rood eromheen. Je ziet dat dit het verhaal is van de laatste fout die hij al vaak heeft gemaakt. Dit heeft hem het meeste gedaan. Op de voorkant van het album sta ik met een uitgestoken tong met een pil erop. Wat de vergelijking maakt met een drugsverslaving. Die man is verslaafd aan haar alsof het een drug is, wat uiteindelijk zijn hele leven kapotmaakt. Het is in principe niet fictief, behalve het gedeelte dat hij verliefd wordt op de vrouw en het hartstikke fijn heeft, want dat maakte ik met mijn voormalige vriendin mee.”

Is het wel je bedoeling om ook commerciële muziek te maken?
“Ik schrijf mijn muziek niet met de gedachte van: o, als ik nou dit doe dan vinden veel mensen het leuk. Ik schrijf wat ik zelf wil en tof vind. Alleen denk ik wel dat veel andere mensen dat ook tof vinden en het radiovriendelijk is. Dan kom je zeker wel uit in de commerciële hoek.”

En zijn jouw nummers al op de radio geweest?
“Ik heb bij het lokale radiostation Midland FM een aantal nummers live gespeeld toen mijn album uitkwam. In september mag ik weer langskomen met nieuwe nummers. Daarnaast ken ik nog iemand bij het lokale radiostation: Exxact Barendrecht. Hij vond mijn muziek erg tof. De romantische ballad Alive, van mijn album komt daar elke Valentijnsdag voorbij. Ik heb ook samen met hem de videoclip gemaakt voor Bang Bang, één van de nummers van mijn vorige album waarin een vrouw haar man verdenkt van overspel en wraak neemt.”

Hoe heb je uiteindelijk voor je huidige opleiding gekozen, was dat lastig?
“Nee, ik wist toch al 100% zeker dat ik iets in de muziek wilde gaan doen, alleen welke studie daarbij paste was even zoeken. Ik was net negentien toen ik mijn vwo behaalde. Het Conservatorium werd het sowieso niet, omdat ik dat te specifiek gericht vond op alleen je instrument. Ik wil veel breder opgeleid worden en kundig zijn in het hele proces.

Ik wilde een tussenjaar om daarin veel muziek te maken. Daarna wilde ik beginnen met de studie Muziek en Technologie in Utrecht waarvoor ik eerst een vooropleiding moest doen. Dat heb ik afgelopen jaar gedaan. Het bleek niet helemaal mijn ding te zijn, het was heel veel technologie en weinig muziek. Ik heb uiteindelijk gekozen om Muziekwetenschappen in Utrecht te gaan studeren. Daarmee begin ik in september. Ik wilde graag genoeg tijd over hebben om in de praktijk zoveel mogelijk meters te maken. Deze opleiding is een hele mooie aanvulling doordat ik muziektheorie krijg zodat ik nog beter ga schrijven. Ik leer over welke rol muziek heeft in bepaalde contexten en tijden waardoor ik mijn eigen muziek beter kan plaatsen, beredeneren wat mijn muziek daadwerkelijk kan toevoegen aan de maatschappij en in welke context mijn muziek er het sterkste uitkomt.”

Volg je nu muzieklessen of cursussen naast school?
“Ik heb sinds januari van dit jaar zangles op – dat kan ik met zekerheid zeggen – de allerbeste zangschool van Nederland: de Babette Labeij Music Academy. Daar krijg ik les van Robin van Veen en heb ik Babette Labeij leren kennen, daaruit is nu een ontzettend mooie samenwerking ontstaan. In mei zag zij een videoclip van mij die was doorgestuurd door één van haar medewerkers. Ik kreeg een mailtje waarin stond dat Babette enthousiast was over mijn filmpje en graag een afspraak met mij wilde maken. Zij begeleidt en managed mij nu met haar muzieklabel Superba Music.”

Kwam je als JACK gelijk makkelijk aan optredens?
“Nee, we zijn het eerste jaar vooral heel druk geweest met het album. Dat was vooral in de schuur werken. Daar heb ik op mijn zestiende een klein studiootje in gemaakt, het is ook een repetitieruimte. Nadat we ons album uitbrachten hebben we geprobeerd om op veel plekken te spelen en het album te promoten. Eind vorig jaar hebben we meegedaan aan de Grote Prijs van Nederland. Daar hebben we het tot en met de halve finale geschopt, tot de laatste twaalf. We hebber er veel optredens aan overgehouden en een stukje bekendheid. Dat was heel tof!”

Kun je nog meer vertellen over de Grote Prijs van Nederland?
“Je moest je eerst aanmelden met drie eigen nummers. Van de honderdtachtig aanmeldingen werden er in september vierentwintig geselecteerd voor de wedstrijd. Van tevoren had ik mijn doel gesteld op de halve finale, maar toen ik de concurrentie zag had ik mijn kansen niet zo hoog meer ingesteld. In die zin is het boven mijn verwachting uitgestegen. In de eerste ronde moesten we alleen voor de jury optreden. Achttien mensen gingen door. Daarna was het de kwartfinale en kon je op twee manieren door: door de jury of online stemmen van het publiek. We hebben heel veel stemmen verzameld en met het juryberaad erbij kwamen we in december in de halve finale. We waren bijna door naar de finale, alleen behaalde een Volendammer net iets meer stemmen.

De jury bestond uit: Danny van Tiggele (de gitarist van Mister & Mississippi), Erroll Antonie (A&R bij platenlabel BMG Talpa) en Maarten Middendorp (de directeur van boekingsbureau Agents After All). Je hebt de kans om je te presenteren aan superbelangrijke mensen, daarnaast kreeg iedereen een coach toegewezen. Onze coach was Dennis van Leeuwen, de voormalig gitarist van Kane. Die heeft ons het hele traject gecoacht en samen met mij aan mijn nummers gewerkt om ze nog beter te maken en tips gegeven op het gebied van performen. Dat was natuurlijk gaaf! Daarnaast hebben we veel media-aandacht gehad, daardoor mochten we ons bij een boekingsbureau inschrijven. Ik heb er veel van geleerd.”

Welke lessen neem je vooral mee?
“Als je op een gegeven moment zo’n coach krijgt met een geweldige carriére, ben je geneigd om alles wat hij zegt het beste te vinden. Hij heeft waanzinnige tips gegeven en in sommige dingen had hij gelijk, over aanpassingen in de muziek. Soms zei hij: ‘Joh, ik zal het zo doen.’ Dat hebben we uitgeprobeerd en soms kwamen we erachter dat het niet beter werd. Ik heb geleerd om dan toch voor jezelf te kiezen en achter je eigen mening te staan en naar jezelf te luisteren, waardoor je tot een beter resultaat komt. Sommige dingen moet je absoluut aannemen van dat soort mensen, dat brengt je alleen maar verder. Tegelijkertijd moet je altijd bij jezelf controleren of jij het er wel echt mee eens bent of dat je het alleen aanneemt omdat hij veel succes heeft gehad. Uiteindelijk ben jij diegene die het product maakt, moet brengen en is zo iemand ook gewoon een mens. Ik leerde vooral om mezelf niet weg te cijferen en mijn eigen mening net zo belangrijk te vinden als die van hem.”

Wat deed je eerst niet goed en nu wel?
“Toen we binnenkwamen bestonden onze nummers en performance uit heel veel. Ik gaf teveel energie en solo’s in een nummer. In onze nummers wilden we heel graag laten zien hoe goed we waren en daardoor werd het te overweldigend. Op het moment dat we een stapje terug deden en probeerden terug te gaan naar de kern van het nummer, werd de performance sterker. Dat is iets wat ik van hem heb geleerd en wat nu veel beter gaat.”

Heb je weleens een blunder gehad tijdens een optreden?
“Voor een optreden hadden we een beetje haast en moesten we nog eten. Ik had aardig veel gegeten. Op een gegeven moment stond ik op het podium mijn liedjes te zingen en moest ik bijna non-stop boeren. Dat timede ik precies zo dat ik het net kon doen tussen de zinnen door, als ik eventjes een rondje draaide naar mijn drummer toe. Dat was geen makkelijk optreden, een paar zinnen kwamen er half boerend uit. De mensen zullen wel gedacht hebben: wat een vrij interessant stemgeluid heeft die jongen.”

Wat is het tofste wat je tot nu toe hebt gedaan?
“Dat zijn meerdere dingen. Ik moest een keer zingen in een grote awardshow van de Plus supermarkt voor vijftienhonderd man. Ik werkte bij de Plus en ze hielden een talentenjacht onder al hun personeel. Daarvoor moest ik een cover zingen: Viva la Vida van Coldplay. Van die cover moest voor de zekerheid een opname zijn, mocht ik slecht bij stem of ziek zijn dan kon ik playbacken. Die cover heb ik op mogen nemen in de legendarische Wisseloord Studio’s. De grootsten hebben daar gestaan, The Police en Queen. Dat was mega vet! Verder mocht ik laatst mee met Babette naar RTL Summernight en ben ik ook in de uitzending gekomen. Dat was natuurlijk heel gaaf en een toffe stap.”

Hoe was het om je eerste videoclip op te nemen?
“Supervet! Ik had bij toeval contact met de jongens – studenten van de HKU – via Facebook. Zij zochten een artiest om een videoclip voor op te nemen. Ik stuurde mijn muziek op en dat vonden ze heel tof, ze wilden samenwerken. Eén van die jongens werkte bij het grootste cameraverhuurbedrijf van Nederland, daardoor mocht hij gratis TopNotch-apparatuur lenen voor een weekend. Het was een zieke camera van een ton die zweefshots maakte. De andere camera was toevallig net ingeleverd door de mannen van Kensington.

Het leek de regisseur een goed idee als ik de hele videoclip in mijn onderbroek stond. Daar was ik wel voor in. Eerder kwam ik op een theatervoorstelling op Oerol al vierentwintig keer naakt uit een caravan voor een publiek van tweehonderd man, ik had op dat gebied geen schaamte meer. Alleen was het wel eind november en regende het. Focking koud! Het waren twee hele zware en lange dagen maar het resultaat is waanzinnig!”

Wat wil je nog graag bereiken in de toekomst?
“Mijn doel is om als artiest en songwriter actief te zijn in de top van de muziekwereld. Ik heb ook internationale ambities en het lijkt me heel tof om songs voor andere artiesten te schrijven. Als hele duidelijk mijlpijl heb ik voor mezelf gesteld over tien jaar in de Ziggo Dome. Om daar te komen zijn er allemaal tussenstappen, grote festivals, clubtours en AFAS Live. Als ik nog iets verder kijk wil ik uiteindelijk in staat zijn om het nieuwe stadion van Feyenoord te vullen. Stiekem droom ik van een groot platform voor artiesten en jong talent waarover ik de eindverantwoording heb. Waar een label inzit, waar ik artiesten kan managen, muziek van mij en anderen kan uitbrengen, waarmee ik songs voor andere artiesten schrijf en film- en reclamemuziek. Dat moet mijn levenswerk gaan worden. Zingen wil ik sowieso altijd blijven doen. Muziek maken en albums uitbrengen doe ik totdat de mensen me zat zijn en daarna zal ik het voor mezelf doen.”

Wat is de belangrijkste tip die je wilt meegeven aan jongeren die ook dromen van een carriére als zanger of zangeres?
“Het belangrijkste wat je moet doen is schijt hebben aan hoe andere mensen over jouw plannen denken. Je moet een eigen plan trekken, doen wat jou gelukkig maakt en zelfvertrouwen hebben. Als jij erin gelooft en er 100% voor gaat dan ben ik er heilig van overtuigd dat je hoe dan ook op de goede plek terecht komt.”

Beeld: Carla Hegener

Houd JACK vooral in de gaten via: https://www.facebook.com/musicfromjack/ en https://www.instagram.com/musicfromjack/

Comments

comments

About Rosa Lee

Schrijven is een grote passie van mij. In mijn vrije tijd ga ik graag naar foto-exposities, de stad of bioscoop. Ik ben vrolijk, nieuwsgierig, nauwkeurig en een doorzetter. Kortom, ik ben er klaar voor om van mijn cultuurblog een succes te maken!

Geef een reactie